Tekst Noel, Fotografie Marica
English version at the bottom.
Het uitchecken uit Marokko is eenvoudig maar tussen de Marrokaanse en Mauritaanse grens is een stuk niemandsland van een paar kilometer chaos met wat vervelende mensen die je proberen wijs te maken dat je helemaal verkeerd bent gereden en zij zullen je de weg wel even wijzen. Tegen betaling uiteraard. Er is niet gewoon een weg maar een wirwar van mulle zand paden en het is maar gokken wat de juiste route is. We rijden ons direct vast omdat ik vergeten was de Wheel locks in te schakelen en zonder Wheel locks heb je geen aandrijving op de voorwielen. Na een beetje geploeter belanden we bij de Mauritaanse douane. De douaniers zijn gehuisvest in een kot waarvoor Boer Koekoek zicht zou hebben geschaamd. Geen gebouw of zo maar een van golfplaten in elkaar getimmerd geiten hok. En ze wonen er nog in ook! Dat belooft wat. De douaniers proberen ons "cadeaus" te ontfutselen maar ik weet ze wijs te maken dat ik geen Frans spreek en niet weet wat een cadeau is. Zij denken dat ik gek ben en als ik met mijn maat 43 bijna in hun avond eten ga staan laten ze ons verder met rust. We komen weg zonder cadeaus te geven.
De eerste nacht in Mauritanie gaan we doorbrengen in Nouadibou. Bij het binnen rijden van de stad wordt meteen duidelijk dat Mauritanie echt wel heel wat anders is dan Marokko. De bevolking is overwegend negroxefde en het straatbeeld is zo chaotisch en de hoeveelheid rommel en puin langs de kant van de weg zijn zo enorm dat we elkaar in opperste verbazing aankijken. Een groter kontrast met Marokko is nauwelijks denkbaar. En toch ..... juist door de enorme chaos en puinzooi heeft het wel weer wat. Dit is veel meer Afrika dan Marokko.
We rusten een paar dagen uit in Nouadibou en gaan vervolgens met Michael en Andrea op weg naar Parc National Banc d'Arguin, een kust gebied waar veel vogels zouden moeten zijn en wat vervolgens aansluit op de beach highway naar Nouakchott, de hoofdstad. Het park is wel aardig en we zien veel Flamingo's maar de beach highway is wel weer heel gaaf.
Een stuk strand van 170 km dat alleen bij laagwater bereden kan worden. We brengen de nacht door in de duinen aan het strand en moeten verplicht wachten tot 1 uur 's middags voor het water laag genoeg is om te kunnen. We vissen en zwemmen wat en eigenlijk vind ik het jammer als het tijd is om te vertrekken.
Het strand is heel anders dan Plage Blanche. Plage Blanche was wel 50 meter breed maar de beach highway is mischien maar 4 a 5 meter breed. Je rijd dus heel strak tussen de duinen en het water door. Ook weer heel gaaf.
Tegen het eind, vlak voor Nouakchott, als de vloed al weer op begint te komen gaat het ineens heel erg mis. We moeten even stoppen om door een plas te rijden en plotseling zit de auto tot z'n assen in de modder en wil hij niet meer voor of achteruit. En dat terwijl de golven er al aan komen. Ik herinnerde me plotseling de horror verhalen uit Australixeb waar auto's soms op het strand vast komen te zitten en gewoon in zee verdwijnen als ze niet op tijd eruit zijn! Lichte paniek...zeg maar! Ik haal snel een sleepkabel te voorschijn en gebaar naar Michael dat ie me er snel uit moet trekken maar terwijl hij dat probeert graaft ie zich gewoon in. Onze auto beweegt geen centimeter. Koortsachtig ga ik op zoek naar mijn KER (kinetic energy rope) een soort elastiek trek koord dat speciaal voor dit soort situaties bedoeld is. In 30 seconden gooi ik de hele inhoud van de auto op een grote hoop, vind de KER diep in een van de zijvakken, spring uit de auto, knoop de KER tussen de Toyota en de Nissan en instrueer het oploopje van mensen dat zich in middels op het strand heeft gevormd om te helpen duwen. Er is geen tijd te verliezen. Elke minuut telt want het water staat al tot aan de wielnaven! Ben ik even blij dat ik de auto helemaal in de Dinitrol heb laten zetten vlak voor vertrek. Met de KER en de duw hulp lukt het in een keer om de auto los te krijgen (thanks again Michael!) en we haasten ons op het droge. Mijn hartslag is nog niet helemaal bedaard maar het gevaar is geweken. Nu zo snel mogelijk de auto laten spoelen. In Nouakchott zijn diverse auto wasplaatsen waar ze goed weten wat zout water met een auto kan doen en hij wordt even flink onder handen genomen.
Nouakchott is verder geen stad van betekenis en we slaan weer wat voorraden in voor de volgende etappe. Het gaat weer van de kust af de woestijn in richting Atar en we nemen afscheid van Michael en Andrea. Zij gaan door naar Senegal. Vanuit Atar willen we een doorsteek maken naar het zuiden richting Mali. We brengen een paar luie dagen door op de fantastische camping van Justus en Cora, Bab Sahara. We missen de Landcruiser Club op een halve dag. Zij zijn bezig met een Mauritanie toer en zijn net die ochtend vertrokken. Jammer, jammer, jammer. Wel ontmoeten we nog Bart en Sophie, ook Landcruiser-Club leden die ik in Nederland al eens heb ontmoet op een 4x4 oefendag. Zij zijn toevallig ook op pad en zo blijkt ook Afrika niet zo heel groot te zijn. We maken een paar dagtrips in de omgeving van Atar en belanden o.a. in Chinguetti in de palmentuin van een aardige Mauritanier.
Een Senegalees is er een huisje aan het bouwen. Er zijn veel Senegalezen in Mauritanie en die zijn vooral werkzaam in de visserij en als timmerlui en bouwvakker. "Omdat de Mauritaniers niks zelf kunnen", zo leren we van de Senegalese bouwvakker!
Het volgende project staat voor de deur! De doorsteek van Atar naar Tidjikja. Volgens kenners een moeilijke en zware route waar het moeilijk is om op het juiste spoor te blijven met veel zand en wandelende duinen. De wandelende duinen zijn er de oorzaak van dat je eenvoudig het spoor bijster raakt. Je ziet heel vaak de track gewoon verdwijnen in een grote zand duin en ik vraag me af hoe snel die duinen zich wel niet moeten verplaatsen. Ik ben op mijn hoede voor plotseling overstekende duinen!!!
Uiteindelijk lukt het met de GPS relatief eenvoudig om onze weg te vinden en ook het zand is niet moeilijk. De route is heel gevarieerd en de steen vlaktes, zand duinen, rotsen en gras landen volgen elkaar in hoog tempo op. Op dit soort doorsteken overnacht je gewoon ergens achter een heuveltje op een mooi plekje en meestal zijn de zonsondergangen erg de moeite waard!
Ergens halverwege worden we verrast op een geiten karavaan. Een enorme stofwolk tekend zich af aan de horizon en even later holt een enorme geitenkudde aan ons voorbij voortgedreven door een paar herders op dromedarissen. Een fantastisch gezicht en Marica gaat weer eens helemaal los met haar camera.
De derde dag is wel het fraaist. We rijden van de ene na de andere palm oase en het hele landschap wordt veel groener. We zien ook weer wat mensen en merken dat we weer wat in de bewoonde wereld komen. Jammer.
De middag van de derde dag bereiken we Tidjikja, een onbeduidend sfeerloos dorpje waar we de nacht door brengen. We maken ons op voor Mali! Nog zo'n 700 km doorkarren want tussen Tidjikja en de grens is niet zoveel wat interessant is. Mauritanie loopt op z'n eind en onze ervaring met de Mauritaniers is gematigd positief vanwege een paar incidenten die hier ongenoemd blijven. Ook hebben ze het concept "tourisme " nog niet zo goed in de gaten. Volgens insiders duurt het nog een paar jaar voor Mauritanie klaar is voor het grote toerisme. Het asfalt loopt in ieder geval al tot aan de grens met Mali en ik vraag me af wanneer de eerste Franse en Duitse Campervans op zullen duiken aan de Malinese grens.
Mauritanie was eigenlijk een beetje saai maar niet onaardig; een mager 6je voor de bevolking en een 7 voor het landschap.
Het uitchecken uit Mauritanie is wat minder eenvoudig dan de binnenkomst en we komen dit keer niet onder cadeaus uit. We weten de schade beperkt te houden en geven de douaniers een paar autobladen die we in Atar van een stel Nederlanders hebben gekregen. Ze zijn er blij mee. Good bye Mauritanie. Hello Mali
"Your true traveller finds boredom rather agreeable than painful. It is the symbol of his liberty, his excessive freedom. He accepts his boredom, when it comes, not merely philosophically, but almost with pleasure." -Aldous Huxley
Nouadibhou is a chaotic boardertown and all of a sudden people are really black. It is a real culture shock. We are really in Africa now.
Together with Michael and Andrea we drive to the Banc d'Arguin National Park. Andrea found a little cat in Nouadhibou, covered in oil, with a broken jaw. She cleaned the cat and then waited for it to die, but the cat did not die. So it had to come with us.
After 240 km of tarmack, we should find the entrance to the National Park. There are no signs. While we are parked along the roadside, discussing what to do with the Swiss, a car stops. Three man immediately offer us to be our guides. When they finally understand we want no guide, they tell us the entrance is another 35 km along the road. After the 35 km we find out, that the entrance was 30 km ago. People of Mauritania are not very tourist friendly. In the end we find the tracks that lead us of the road, about 200 meters from the road, hidden behind a restaurant we find a small park entrance sign.
We follow the track to the coastline in the direction of the small fishing village of Iouik. Along the coastline we drive across a white and red sand flat. In the water we spot pink flamingo's. A beautiful piece of nature.
South of the National Park our route continues on the beach. We have to wait for low tide. The ocean moves away and a small stretch of road appears, so we can drive to the capital of Mauritania. We have exactly 4 hours to drive the 170 km to Nouakshott. The city is already in site at the moment that I drive the car in to a deep ditch on the beach. Water has already entered the ditch, as the tide is coming up. The ocean is coming closer rapidly. In his thoughts Noel already seas his car floating in the ocean. There is a slight panic, while Noel is looking for the right cable, that is hidden somewhere behind a lot of spare parts. But with the elastic cable between our car and the Swiss, we manage to get the car out on time. We quickly abandon the beach and drive safely into Nouakshott.
We say goodbye to our saviours and their cat. Michael and Andrea have had enough of Mauritania already and want to go to Senegal. We move on to Atar.
Atar is like coming home. There is a campsite run by a Dutch German couple, who know what they are doing. They have created their own little paradise. They manage to keep us there for 4 days.
We are ready for 3 days of dessert, 3 days in the Sahara, between the camels and the sand dunes. The first traffic from the opposite direction we meet after 1 xbd day. It's a goat caravan. Three man and two camels are on their way through the dessert with hundreds of goats. They move slowly across the sand dunes.
We are also ready to leave Mauritania, but it is another 1200 km to Bamako, the capital and the first town of any significance in Mali. We camp in the dessert, meet a humongous scorpion, but make it safely to the boarder with Mali.
Both the boarder patroll and the police in Mauritania and Mali, they all want Money to let us cross. By now we are a little more trained and this time we won. In stead of paying the total of 40 Euro's they asked for, we made it with only spending 12. Sorry, we have no money, we only have a credit card, we first have to go to the bank in Bamako. It worked in most cases. Only the Customs officer in Mali was too smart. In a backyard somewhere in a dusty area of Nioro, we finaly find the right place. "Is this the Customs bureau", I asked to be sure. "Yes and your car is parked right there, the office will open on monday", the officer says. I look at Noel and ask, "What day is it today?" "Saterday", he says. We were not planning to camp for 2 days in the backyard of the Custom office. For about 8 Euro's we finally got our paperwork stamped and our car could legally enter Mali.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten